Henny Werkman ( 1882-1945) neef van mijn oma Hetty Voerman-Mansholt, ‘drukker van het paradijs’.

Buitenbeentje

In één van haar notitieblokken schrijft Hetty over haar neef Henny Werkman. Hetty’s moeder Grietje was goed bevriend met haar naamgenote Grietje Werkman-Louwes. Ze is een aangetrouwd familielid van haar vader Stefanus Louwes. Ondanks het leeftijdsverschil, Grietje Werkman is een stuk ouder, is er veel begrip over en weer. Wat een band schept is dat ze allebei op relatief jonge leeftijd weduwe zijn geworden.

Hetty kon zich haar tante Grietje nog goed herinneren van de vele bezoeken die ze haar brachten. Tijdens een van die bezoeken ging ze mee naar de nieuwe drukkerij van Henny Werkman, de zoon van Grietje. Hetty was nog een kind. Ze was een beetje bang voor Henny, deze 25-jarige man, het buitenbeentje van de familie.

…Ik had er geen zin in, als een echt kind, en van Henny kreeg ik een weinig aantrekkelijke indruk. Ik vond hem wat griezelig. Maar we moesten mee en toen zag ik voor het eerst in mijn leven de veelbesproken Henny. Hij leek me klein met een hoofd met weinig haar. Maar wel een baardje. Hij had een werkmanskiel aan. Met een glimlach begroette hij de familie en begon uitleg te geven over zijn werk, wat mij maar weinig interesseerde. Ik was 9 jaar en mijn zusje Ada 7 jaar…

Later schreef ze over hem:

…Henny werd geen nuttig lid van de maatschappij, niet als mijn zus Ada en zijn broers Pieter en Tinus. En ik eigenlijk ook niet. We wisten onze richting niet en hadden onze grond  nog niet gevonden. En de man die zo vaak een weg gewezen had, spanningen had helpen oplossen, gemoederen had gekalmeerd was er niet meer…

Wat Hetty als meisje niet had kunnen weten was dat haar achterneef zich zou ontwikkelen tot een spraakmakend kunstenaar. Ze ziet veel overeenkomsten tussen zijn leven en dat van haar. Ook Henny verhuist met tegenzin van het platteland van de Marne naar de stad. Zijn vader, veearts, overleed toen hij negen was. Hij liep een zware verkoudheid op tijdens een sneeuwjacht die eindigde in een longontsteking. In Groningen ging hij net als Hetty naar de middelbare school, maar hij voelde zich daar niet thuis en haakte na de derde klas af om een opleiding tot drukker te volgen. Hetty begreep hoe hij zich daar voelde.

…Een fantasierijke jongen moet zich daar eenzaam hebben gevoeld. De omgeving was ook geheel anders. Niet meer iedereen groeten en geen bekenden zoals in Leens, maar er waren veel vreemden. Werkman was geen notabel meer maar ook iemand zoals alle anderen. Er werden allemaal eisen aan ze gesteld waar ze nooit aan gedacht hadden: aanspraak, kleding, manieren, sneller reageren. De stad was wel een boeiende wereld, maar je eigenheid was verloren…

Drukker van het paradijs

Jaren na zijn dood verschijnt er een boek over zijn leven met als titel ‘De drukker van het paradijs.’ Als Hetty het boek leest, borrelen weer allerlei herinneringen op. Ergens op een pagina schrijft ze in de kantlijn:

…Hijwas niet hard genoeg. Dat was precies wat de familie hem verweet. Aanpakken is het wachtwoord, studeren en tentamens halen. Een doel voor ogen hebben. Doorzetten. Iedereen bemoeit zich ermee en het help niet…

Waren dit woorden over Henny Werkman of sloegen ze ook op haar eigen jeugd? Hoe dan ook. Henny had wel een doel voor ogen, maar het was een ander doel dan zijn familie voor ogen had.

Henny Werkman was er de persoon niet naar om met zijn neus in de boeken te zitten. Hij wilde iets met zijn handen doen, iets maken. Tekenen was zijn grote liefde, afbeeldingen maken op papier. Hij is diep onder de indruk van het werk van Vincent van Gogh die na zijn dood steeds meer bewonderaars krijgt.

Bij een foto van de jonge Werkman in een boek over zijn leven schrijft Hetty: …Het was de eerste foto die me opviel in het boek. Hij lijkt daar net op Stefanus, na een nacht doordraaien…

Wat moet hij doen om in zijn levensonderhoud te voorzien? In de kunst was voor hem geen droog brood te verdienen. Het was ook niets iets wat zijn familie zag zitten. Op school blonk hij naast Tekenen uit in Nederlands. Dat duwde hem in de richting van een baantje bij de krant. Hij wordt verslaggever bij het Groninger Dagblad en later de nieuwe Groninger Courant, maar dat is niets voor hem. Het voelt als een keurslijf waarin hij zijn creativiteit niet kwijt kan. En… hij wordt verliefd op Jansje Cremer, een blonde dochter uit een welgestelde familie. Wat moet ze met een journalist die rond moet komen van een hongerloontje? Het roer gaat om. Henny keert terug naar zijn grote passie waar hij voor heeft geleerd, het drukkersvak.

Na een tijdje koopt hij met geld van zijn moeder een kleine drukkerij in de stad Groningen. Hij weet er aanvankelijk een succes van te maken. Nu hij goed in zijn vel zit, krijgt hij ook de ruimte om zich als kunstenaar te ontwikkelen. Hij maakt tekeningen, schilderijen en vooral kunstdrukken die druksels worden genoemd en waarmee hij zijn naam weet te vestigen. Mooi om te vermelden is dat hij vanaf 1910 ook de Verkadeplaatjes ging drukken die onder meer door de echtgenoot van Hetty, Jan Voerman jr., werden getekend. Hij wordt lid van De Ploeg, een kunstenaarsvereniging uit het noorden van het land die vooral in het begin van de twintigste eeuw veel opzien baarde.

Het is bijzonder om opnieuw te zien hoe de verschillende families van Peter Voerman elkaar op dit soort punten raken.

Gefusilleerd

Hetty blijft de loopbaan van haar achterneef volgen, maar het voert te ver om hier nog uitgebreider op het leven van Henny Werkman in te gaan, hoe verleidelijk dat ook is. Anderen hebben al uitvoerig over hem geschreven.

Ter afsluiting alleen nog het volgende. Tijdens de Tweede Wereldoorlog sluit hij zich aan bij het uitgeverscollectief De Blauwe Schuit. Onder deze vlag brengt Henny druksels uit die in bedekte vorm kritiek leveren op de Duitse bezetter. Het zou hem zijn leven kosten.

Aan het eind van de oorlog wordt hij gearresteerd. Nog geen maand later wordt hij op tien april 1945 in Bakkeveen gefusilleerd, als het kanongebulder van het Canadese leger bij wijze van spreken in de verte al is te horen. Een grafmonument in het Friese plaatsje vormt een blijvende herinnering aan deze dappere en vernieuwende kunstenaar.

Dit is een fragment uit het boek “Uit Zeeklei gebakken” over de families Mansholt, Louwes, Dijkhuis en Zijlma. Geschreven door Kees Opmeer en het is hier te koop.

Hendrik Nicolaas Werkman, ofwel neef Henny

Monument voor oorlogsslachtoffers waaronder Henny Werkman in Allardsoog bij Bakkeveen

Plaats een reactie