Koning Willem III bezoekt in mei 1873 de veengebieden van de Firma Rahder in Drenthe

Op 3 november 1872 overleed Coen Rahder, een half jaar voordat Koning Willem III een bezoek bracht aan zijn bedrijf. De koning, die een eerder bezoek nog had afgezegd, werd nu ontvangen door zijn zonen. Het was voor Coen een erkenning achteraf voor zijn vernieuwende aanpak en gewaagde investeringen. Helaas heeft hij dit niet zelf mogen meemaken.

De kranten berichtten uitgebreid over dit eervolle bezoek.

Hedenmorgen, 6 mei 1973 vertrok Z.M. per extra trein naar Meppel. ’s Avonds zat hij aan bij het diner aangeboden door Konings Commissaris. Omtrent het bezoek aan de veenderij van den heer Rahder verneemt men nog het volgende: “Alles getuigde van smaakvolle versieringen voor den woningen van het Noordsche schut, prachtige erebogen met Konings naamletter en kroon. Talloze vlaggen, nationale en oranje, en bij de Wilhelminabrug twee piramiden, de een van machinale en daartegenover van gewone turf. Ter zijden van het huis van den heer J. Rahder een van gebakken steen opgerichte piramide, prijkende met de gekroonde W. Op het machineveld van wijlen de heer J.C. Rahder in de grote turfschuur een smaakvolle tunnel van groen en bloemen met een allée van machinale turf die naar een van de machines leidde waar Z.M. ontvangen zou worden.”

De koning werd in een gemakkelijke stoel in een punter door het veen gevaren. Deze stoel kreeg een bijzondere betekenis in de familie Rahder en werd met een mengeling van milde spot en eerbied nog lang de ‘koningsstoel’ genoemd.

Ik zie het helemaal voor me. De deftige koning met zijn hoge zwarte hoed onderuit gezakt in de luie stoel, varend door de wijken met uitzicht op het uitgestrekte veengebied. De zonen van Coen staan druk gebarend naast hem en vertellen honderduit, trots op wat ze hebben bereikt met hun innovatieve investeringen, met dank vooral aan hun eigenzinnige vader zoals ze zich nu zullen realiseren. Op hun gezichten zie ik ook het verdriet om hun vader die dit moment zo graag mee had willen beleven. Hij had het ongetwijfeld als de kroon op zijn werk gezien.

Dit is een fragment uit het boek “Hoe de Rahders Drenthe veranderden” van Kees Opmeer. Het boek is hier te koop

Koning Willem III der Nederlanden

Krantenbericht uit 1873 over het bezoek

Plaats een reactie