Jan Verkade (zwager van Jan Voerman Sr.) beschrijft de laatste uren van Vincent van Gogh

Dit is een fragment uit het boek “Gevangen in een paradijs”, door Kees Opmeer. Het is hier te bestellen.

Jan Verkade, kunstschilder in de ‘Nabis’, een groep schilders rondom Paul Gauguin, en zwager van Jan Voerman Sr., beschrijft in zijn autobiografie “In blijde gebondenheid” de laatste dagen van Vincent van Gogh.

In zijn Franse tijd had Jan Verkade veel contact met een Hollandse schilder, een leerling van Vincent van Gogh,  die hij niet met naam en toenaam wilde noemen. Hij duidde hem aan als H. Deze schilder had de laatste dagen van Vincent meegemaakt. “Dom Willibrord”, de bijnaam van Jan Verkade, beschrijft Vincent’s laatste dagen.

…Hij sprak er niet graag over. De tragische dood van zijn meester had hem zó aangegrepen, dat hij er maanden niet door werken kon. Toch herinner ik me nog, dat H. vertelde, hoe vreselijk Van Gogh geleden had. Hij had in zijn smart uitgeroepen: “Is er dan niemand, die mij de buik kan openmaken?”

Vincent was n.l. naar buiten gegaan en had zich onder een boom ’n schot in de buik toegebracht. Toen de dood niet intrad, sleepte hij zich te voet naar huis. Zijn hospes zag bloedsporen, en vond den zwaargekwetsten op zijn kamer te bed. “Wat is er gebeurd, mijnheer Vincent?” vroeg de man. “Ik heb me willen doden,” antwoordde de schilder, “maar ’t is me niet gelukt. Ik zal ’t nog eens moeten doen.” Deze laatste bijzonderheden vernam ik van Emile Bernard, die voor de begrafenis van Vincent haastig was overgekomen. Hij had ’t persoonlijk van den waard vernomen.  “De begrafenis was ontroerend,” vertelde Bernard, “allen, die meeliepen schreiden.” Men hield van Van Gogh te Auvers-sur-Oise, zoals overal.

De zelfmoord van Vincent van Gogh is met veel mystiek omgeven. Veel verhalen doen de ronde, complottheorieën soms die in bepaalde kringen populair zijn. Er is zelfs gesuggereerd dat hij is vermoord.

Snelfoto’s rond 1912

Al vlak na de eeuwwisseling kon je een soort pasfoto’s laten maken. Veel goedkoper dan bij een professionele fotograaf. Voor zo’n 15 cent kreeg je 6 grote of 12 kleine pasfoto’s. In Groningen was American Automatic Photo Cy gevestigd in de Brugstraat en later Guldenstraat 13. In het Mansholt archief kwam ik onderstaande foto’s tegen: Derk Roelfs Mansholt met kleinzoon Dirk en Grietje Mansholt met een nog onbekende vrouw.

Informatie snelfoto’s via Dirk Kome

Sterke vrouwen

Grietje Mansholt-Louwes (1867-1946) leest rond de wisseling naar de 20 eeuw een boek van Claus Heinrich Baas waarin ze haar eigen leed weerspiegeld zag. “Daar zijn boeken ook voor”, schrijft dochter Hetty Mansholt later en ze voegt er aan toe: Vrouwen met ambitie die zich daarin belemmerd voelen, worden in die tijd vaak bestempeld als ‘ontevreden’.

Grietje voelt zich verwant met de vrouwenbeweging. In 1898 is de Nationale Tentoonstelling voor Vrouwenarbeid in Amsterdam. Freule Jeltje de Bosch Kemper schrijft bij die gelegenheid: De vrouw is veelal nog een slavin en slavernij kweekt heersers. Vrouwen en kinderen zijn dan nog onbeschermd tegenover overmatige arbeid en hebben nauwelijks politieke invloed.

De strijd van vrouwen wordt echter wat ondergesneeuwd door de bredere strijd van socialisten voor het Algemeen Kiesrecht. Hetty en Ada krijgen van Grietje te horen hoe ze aan geboortebeperking kunnen doen. Grietje is er, net als in die tijd dr. Aletta Jacobs en de Nieuw Mathusiaanse bond, waar ze zich bij aansluit, van overtuigd dat het hebben van minder kinderen vrouwen betere kansen op ontplooiing biedt. Daarbij was armoedebestrijding, door vermindering van het aantal kinderen, bij de nieuw-malthusianen een belangrijk thema. Door het verspreiden van informatie over voorbehoedmiddelen zouden vooral arbeidersgezinnen leren hun gezin klein te houden en zo zelf hun welvaartsniveau te verhogen. Er werden spreekuren georganiseerd, waar minder vermogende vrouwen terecht konden voor gratis seksueel advies en voor voorbehoedmiddelen. Van de medici die op dit terrein pionierswerk verrichtten zijn Aletta Jacobs, de eerste vrouwelijk arts van Nederland, en Johannes Rutgers, arts en lange tijd secretaris van de Nieuw-Malthusiaanse Bond, het bekendst. Daarnaast was Grietje, net als Wabien, lid van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht. Het is geen toeval dat eind negentiende eeuw en begin twintigste eeuw zoveel vrouwen uit Groningen zich bezighielden met het versterken van de rechten en de positie van vrouwen. Het noorden stond in deze periode al bekend als een radicale regio met veel vrijdenkers.  De provincie Groningen was welvarend en veel inwoners hadden tijd en middelen om boeken te lezen, naar bijeenkomsten te gaan en goed onderwijs te volgen.

Grietje verzucht in die tijd dat ze zich voelt als Clärchen uit ‘Egmont’ van Goethe, ‘Himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt’. Het blijft lange tijd een gevleugelde uitdrukking in de familie.

Dit is een fragment uit het boek “Uit Zeeklei gebakken”. Het boek is hier te bestellen

Boerderij ‘het Gansehuis’ in het Kerspel Zuurdijk

In het Kerspel Zuurdijk stonden midden 19e eeuw grote boerderijen rond de wierde Ewer. Jarenlange overstromingen van het nabijgelegen Reitdiep hadden gezorgd voor de afzetting van vruchtbare zeeklei. Vanaf 1798 tot 1913 werd boerderij Het Gansehuis bewoond door de familie Zijlma. Het was de eerste boerderij waarvan in 1776 de lemen vloer werd vervangen door een houten. De Zijlma’s bezaten ook de boerderij ‘Ewer’ die inmiddels is afgebroken.  

Meer lezen over de families Mansholt, Dijkhuis, Zijlma en Louwes, kijk in het boek “Uit Zeeklei gebakken”. Het boek is hier te bestellen

Foto uit familiearchief: Medewerkers van boerderij het ‘Gansehuis’  in het kerspel Zuurdijk in 1897 waar Stephanus en Henriette Louwes-Zijlma toen boerden

De ziekte van Ubbo Mansholt

Mijn overgrootvader Ubbo  Johan Mansholt was een van de eerste studenten aan de Rijks Hogere Landbouwschool in Wageninge die hij van 1887 – 1889 bezocht. Bij het eindexamen kwam hij in aanmerking voor de bekende ‘Sloetprijs’. Samen met zijn vader zond hij in 1893 een antwoord in op een prijsvraag van de ‘commissie van het Burmalegaat over ‘stikstofvoeding der cultuurgewassen’. Deze inzending werd met goud bekroond.

Ubbo kreeg, net als zijn vader Derk Roelfs Mansholt, een steeds grotere naam als landbouwdeskundige. Het leverde hem in 1910 een eervolle opdracht op. Hij werd gevraagd als adviseur op te treden bij de aankoop van een groot stuk grond in Canada. Op 31 maart vertrok hij met de ‘Rotterdam’ van de Holland-Amerika Lijn voor de lange oversteek naar Canada. Het was een reis die niet onder een goed gesternte plaatsvond. Dochter Hetty was er openhartig over:

…Reeds bij het begin van de reis was zijn handschrift veranderd, maar toen hij terugkwam van deze interessante reis was hij ziek, invalide, wanhopig. Begin oktober volgde het eerste consult. Na correspondentie tussen neuroloog Wiersma en chirurg Koch en de Amerikaanse hersenchirurg, die als eerste een hersentumor had geopereerd, werd hij op 24 oktober geopereerd aan een gliosarcoom. In december kwam hij thuis met een slepend been en gestoorde spraak en een verlamde arm. Een dag voor zijn verjaardag, 29 december, volgde een tweede consult. Na een tweede operatie kwam hij in maart 1911 thuis, op 16 mei volgde het einde. Toen bleek hoe heel Groningen had meegeleefd, meegeleden met ons, met de sympathieke jonge praktijk man en onderzoeker en zijn gezin…

Ubbo Johan Mansholt
Ubbo’s handschrift
CamScanner 11-17-2021 11.18

Dit fragment staat in boek “Uit Zeeklei gebakken” over de Families Mansholt, Louwes, Zijlma en Dijkhuis. Het boek verschijnt op 1 oktober 2022 en is hier alvast te bestellen voor een speciale prijs.